‘Dat zal De Telegraaf leuk vinden.’

Foto van zwarte labrador Bartele, die staat met zijn blindengeleidehondentuig aan. Hij kijkt om.

Deel dit bericht met je netwerk!

Op 17 januari jl. stemde de Eerste Kamer in met een uitbreiding van artikel 1 van de Grondwet. Dit grondwetsartikel betreft gelijke behandeling en een discriminatieverbod. De non-discriminatiegronden worden nu uitgebreid. Er komt expliciet te staan dat mensen niet gediscrimineerd mogen worden vanwege hun seksuele gerichtheid of beperking. Artikel 1 van de Nederlandse grondwet luidt voortaan:

‘Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, handicap, seksuele gerichtheid of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.’

De Staatscommissie discriminatie en racisme onderzoekt nog of het wenselijk is om het artikel te herschrijven, zodat het algemene verbod ‘op welke grond dan ook’ voor de opsomming komt.
Ik vind het een goede stap dat het woord ‘beperking’ nu expliciet wordt benoemd. Het maakt mensen hopelijk nog meer bewust.
Ook ik ben een paar keer gediscrimineerd vanwege mijn beperking. Een van deze situaties was met een ex-vriend, en die deel ik hieronder. De andere komen later een keer aan bod als blog op de site.

Zomer 2001, Station Amsterdam Centraal

Ons gezellige weekend is weer voorbij en mijn vriend gaat naar huis. Met mijn blindengeleidehond, Bartele, reis ik met hem mee naar het station om hem uit te zwaaien. We zijn vroeg en hij wil drinken halen voor onderweg. We gaan daarom naar de Albert Heijn op het station. Om de winkel in te komen moeten we door een draaihekje. Mijn vriend gaat eerst. Dit soort hekjes zijn lastig voor geleidehonden, dus ik laat Bart volgen, terwijl ik met mijn hand tegen het draaihek duw. Ik sta net half in het draaihek als ik een vrouwenstem met een accent hoor zeggen: ‘Hond moet buiten blijven.’
‘Pardon, zei u iets tegen mij?’
‘Ja, hond moet buiten blijven,’ klinkt het geïrriteerd.
Ik heb Bart net een paar weken en hij is mijn eerste geleidehond. Dit is de eerste keer dat hij ergens wordt geweigerd. En dan nog wel in een openbare supermarkt. Ik weet dat slagers de hond kunnen weigeren vanwege open vitrines, maar dit had ik nog niet van anderen gehoord. Ik heb als tip gekregen dat je rustig moet blijven en het moet uitleggen, niet iedereen weet wat een geleidehond is.
‘Hij is geen gewone hond,’ leg ik uit, ‘maar een blindengeleidehond.’
‘Honden mogen niet naar binnen. Staat op bord. Hond moet buiten blijven.’
Ok. Blijkbaar kom ik zo niet verder. Misschien helpt logica. Dus ik vraag: ‘Maar waarom dan?’
‘Hond is vies. Mag niet naar binnen. Verboden in winkel.’
‘En waar moet ik hem dan laten?’
‘U kunt hond vastbinden aan hek.’
Inmiddels loopt mijn bloeddruk op van frustratie en vernedering. En boos zeg ik: ‘Dat ga ik niet doen. Weet u wel wat zo een hond kost? Een opgeleide blindengeleidehond kost meer dan 50.000 gulden. Die bind je niet vast aan een hek!’
‘Hond is vies en moet buiten blijven,’ klinkt het standvastig.
‘Deze hond is mijn hulpmiddel. Moet iemand met een rolstoel ook zijn hulpmiddel achterlaten?’
Er volgt een korte stilte en dan: ‘Rolstoel geen hond. Hond vies. Hond moet buiten blijven.’
Mijn frustratie loopt op. Het is nu een principekwestie voor mij. Ik besluit tot een andere aanpak en zeg: ‘Het weigeren van mijn hond is discriminatie. Dat zal De Telegraaf leuk vinden. Ik zie de kop in de krant al voor me.’
‘Is beleid. Hond vies en mag niet naar binnen. U zonder hond in winkel.’
‘Dus de hond mag niet naar binnen en ik wel. En hoe ziet u dat voor u. Als ik de hond hier achterlaat en zonder hond naar binnen ga? Ik ben blind en loop zonder hond alle schappen ondersteboven. Dat lijkt mij niet de bedoeling.’
Het is even stil, maar dan komt het bekende riedeltje weer: ‘Hond is vies en mag niet naar binnen.’
‘ja, ja dat weet ik nu wel,’ zucht ik gefrustreerd.
Dan schiet me ineens iets te binnen. Wat stom dat ik er niet eerder aan dacht. Een vriendin van mij werkt bij de AH als manager en vertelde me laatst dat geleidehonden naar binnen mogen dat staat in het handboek. Ik leg dit uit aan de winkelmedewerkster. Ze gelooft me niet. Ik ben er nu helemaal klaar mee en weet dat ik in mijn recht sta. Ik duw tegen het hek en loop met Bart de winkel in. Blijkbaar is de medewerkster bang voor honden, want ze spring meteen een paar meter naar achteren. Ik negeer haar en pak het tuig van Bart op en zeg: ‘Vooraan.’
‘Hond vies, mag niet naar binnen,’ zegt de vrouw met een hoge stem.
‘Volgens jullie handboek mag dat wel. Bel je manager maar als je me niet gelooft. Ik ga naar binnen.’

Conclusie

Ik weet niet of de medewerkster haar baas heeft gebeld. Ze heeft ons daarna in ieder geval met rust gelaten. Ik ben daarna een hele tijd niet meer naar die winkel geweest. De discussie was het me niet waard.
Wanneer je hond geweigerd wordt, word jij ook geweigerd. Dat voelt vernederend en of je geen volwaardig lid van de maatschappij bent. Zonder hond kan ik niet naar binnen. Ik heb een geleidehond nodig om de weg te vinden in een winkel. En zoals ik tegen de medewerkster zei, zonder hond loop ik alles omver. Dat lijkt mij niet de bedoeling.

En jij?

Ben jij wel eens geweigerd vanwege je beperking? En hoe heb je dat toen opgelost? Laat het me hieronder weten door een reactie achter te laten.

Deel dit bericht met je netwerk!

Laat hieronder jouw reactie achter op bovenstaande blog

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.